Serendipiteit – de kunst van de ongezochte vondst

Serendipiteit (de ongezochte vondst) ligt aan de basis van menig ontdekking en zakelijk succes. Daarom: ‘Een succesvolle manager houdt een oog open voor gezochte bevindingen en een oog open voor ongezochte bevindingen.’ 

Serendipiteit laat zich misschien nog wel het mooist omschrijven als zoeken naar een speld in een hooiberg, om er vervolgens uit te rollen met een aantrekkelijke boerenmeid of -jongen. De ongezochte vondst staat aan de basis van vele belangrijke ontdekkingen. Toen farmaceut Pfizer bijvoorbeeld een medicijn ontwikkelde tegen angina, pijn op de borst en hoge bloeddruk, leek dit aanvankelijk niet te werken. Wel had het een bijeffect: verhoogde potentie bij mannen. Het betekende het begin van de ontwikkeling van een medicijn tegen erectiestoornissen, Viagra.

Paul Iske, verbonden als professor innovatie aan de Maastricht University en ABN AMRO, gelooft heilig in de kracht van serendipiteit en tijdens zijn Ted Talk beschrijft hij verschillende voorbeelden met smaak. De mooiste is die over het Noorse Linie Aquavit, een alcoholisch drankje gemaakt van aardappelen. Tweehonderd jaar geleden wilden de eigenaren van het bedrijf het drankje naar Azië verschepen, omdat daar een grote afzetmarkt lonkte. Maar het verkocht niet. Vijf vaten werden teruggestuurd naar Trondheim, waar de Noren het dan wel zelf zouden opdrinken.

Wat bleek? Linie Aquavit smaakte nóg lekkerder. Het schudden in de vaten tijdens de reis, de temperatuurschommelingen en de zeelucht hadden de drank een rijkere smaak gegeven, zeiden de Noorse fans. Sindsdien is de zeereis aan het productieproces van Aquavit toegevoegd: het wordt in eikenhouten sherryvaten verscheept van Noorwegen naar Australië, en weer terug. Pas daarna wordt het verkocht.

Niet iedereen pakt dit soort onverwachte cadeautjes uit, zo vermoeden sommige onderzoekers. Serendipiteit is een gave, schreef de Britse auteur Horace Walpole. Hij bedacht de term na het lezen van een Perzisch sprookje over de reis van de drie prinsen van Serendip. Deze prinsen wisten allerlei sporen die toevallig op hun weg kwamen zo scherpzinnig waar te nemen en te duiden, dat Walpole deze gave ‘serendipity’ doopte.

Vorig jaar voegde de Nederlandse wetenschapper Pek van Andel in The Britisch Journal of the Philosophy of Science nog een aantal eigenschappen toe aan ‘serendipitists’ zoals de prinsen. ‘Ze zijn open minded, opmerkzaam, nieuwsgierig, intuïtief, slim, flexibel, artistiek, humoristisch en ijverig.’ En dit is te leren, stelt hij in zijn onlangs verschenen boek Serendipiteit, de ongezochte vondst, dat hij samen met Wim Brands schreef.

Met een lijst aan bijzondere vondsten op zijn cv, heeft Van Andel recht van spreken over serendipiteit. Hij vogelde het kunsthoornvlies uit, ontving de Ig Nobelprijs voor zijn MRI-scans van geslachtsverkeer tussen mensen en werkte mee aan forensisch onderzoek waarmee de verdachte van de zogenaamde ‘Leidse balpenmoord’ werd vrijgepleit. Belangrijk is volgens Van Andel de rol van serendipiteit (in wetenschap, technologie en kunst) niet te onderschatten. ‘Dit wordt vooral en onbewust veroorzaakt door de manier waarop we achteraf theoretisch en experimenteel onderzoek rationaliseren.’

Zijn advies aan managers luidt daarom: ‘Een succesvolle onderzoeker of manager houdt een oog open voor gezochte bevindingen en een oog open voor ongezochte bevindingen. Zoals Von Laue zei: Es gibt manchmal Verdienst ohne Glück, aber niemals Glück ohne Verdienst.’